We rijden door Rosso, een levendig grensstadje, waar pirogues en een veerpont
mensen,dieren en voertuigen overzetten. Het is een heel kleurrijk en levendig gebeuren. Na een mooie tocht kwamen we in Richard Toll aan. Van verre zie je al de suikerriet staan en rondom zie je ook veel rijstvelden.
Het is een totaal andere stad dan St. Louis ligt midden tussen de suikerriet plantages en het is er ook groener, de hoofdstraat is eigenlijk een lange markt. De bevolking is hoofdzakelijk ‘Peul’ maar hier en daar zie je ook ‘Toearegs’ met tulbanden die hun gezicht bedekt houden.
Bij een andere kraam, eigenlijk kun je het geen kramen noemen het is meer een tafeltje wat op instorten staat, staat een kleurig aangeklede vrouw haar waren te verkopen, zoals mandarijnen, guaves en ander fruit.
Bij weer een andere worden kookpotten verkocht en lopen er vele huilende kindjes rond, jongens met een schetterende radio en vele mekkerende geiten. Veel mensen zijn traditioneel gekleed met lange gewaden, hoofddoeken en soms sluiers anderen zijn al helemaal modern met strakke spijkerbroeken en strakke truitjes met vaak veel glitters erop.
De Moren zijn een arrogant ras en niet geliefd in hun buurlanden en het is al verschillende malen tot een grensoorlog gekomen met Senegal. 28% van de Mauretaanse bevolking is Moor, de politieke macht berust bij het Moorse deel van de bevolking, terwijl het zwarte deel van de bevolking als tweederangs burgers wordt behandeld.
Pas in 1981 werd officieel de slavernij afgeschaft.
We rijden door naar ons hotel, Campement noemen ze dat hier vaak een centrale ruimte met daar omheen allemaal hutten of huisjes met een paar bedden, douche, toilet en vaak airco. Hier is dat dus ook zo het ziet er allemaal prima uit.
Door deze plantages en de fabriek die het allemaal verwerkt is Richard Toll in zekere zin welvarender dan St. Louis het lijkt dat er minder armoede is veel kinderen zie ik op mooie fietjes fietsen en volwassenen ook soms op een mooie mountain bike.
Terug in het Campement hebben we ons in lange kleding gestoken i.v.m de muggen en zijn heerlijk gaan dineren, we hebben genoten van pannenkoeken met chocoladesaus, een heerlijke tournedos en ik een heerlijke entrequote die ook heerlijk was en dit alles voor heel weinig geld zo’n 7 euro per persoon met voor allemaal nog een nagerecht en een heerlijke tomaten salade.De tomaten zijn hier zo heerlijk zo kun je ze in Nederland niet krijgen en natuurlijk het fruit vers van de bomen, heerlijk!!Na het eten nog een borreltje en toen bijtijds naar bed.
Richard Toll, ofwel “de tuin van Richard”, dat zijn naam dankt aan het feit dat de een Fransman "Richard" in de koloniale tijd hier in 1822 een soort proeftuin heeft aangelegd om bewerkingsmethoden uit te proberen. Toll is het Wolofwoord voor Tuin.
De suikerrietplantage bestrijkt zo'n 10.000 hectaren. De belangrijkste bron van inkomsten voor dit gebied. Er staat een fabriek waar het suikerriet geraffineerd word.
De oevers zijn meestal vruchtbaar. De noordelijke wal en het omliggende gebied zijn omgebouwd tot een grote suiker-groeiende regio geïrrigeerd met water uit het meer. Lac de Guiers is ook aangewezen als Important Bird Area door BirdLife International.
Onderweg niet veel weg gehad en wel veel zand maar de auto heeft een goede vierwielaandrijving dus het lukte allemaal prima af en toe even de weg kwijt maar het kwam weer goed als we weer een zendmast zagen staan. Hier staan dus echt geen wegwijzers en je moet niet verdwalen want de nachten zijn flink koud.
Zo in de savanne zie je veel kleine vogeltjes die in grote groepen heen en weer vliegen, dromedarissen, veranen, hagedissen, kangeroemuis, otters, vliegende herten (kever), heel veel koeien met herders met strooien hoeden en enkellange boubou’s, sommigen met schoeisel en anderen weer niet de herders zijn ook vaak kinderen de meesten zwaaien als we langs komen. Er zijn grote en veel kleinen dorpen in de savanne soms kun je het bijna geen dorp noemen, drie hutten maar er stond toch een bord met een naam.
Grote dorpen zijn een verzameling stoffige hutten en soms gemengd met stenen huizen en een moskee met een groot plein waar vaak een grote Baobap staat of een andere grote boom waar de oude mannen van het dorp onder zitten te knikkebollen of alle kinderen zitten er met een volwassene onder, wat mij dan een school lijkt.
Ze zeggen wel een dat ezels dom zijn maar echt niet hoor, het is natuurlijk knap heet in de binnenlanden en er zijn dan maar smalle repen schaduw als de zon hoog staat maar de ezels weten de smalle repen allemaal goed te vinden langs de gevels van de huizen, daar staan ze dan geleund tegen een gevel op 2 poten, mooi om te zien was dat, in ieder dorp weer hetzelfde.
Hier zie je er ook vaak drie ezeltjes voor een karretje gespannen of een eigenwijze ezel die hard wegrent met een ‘Afrikaner’ met een wapperende boubou in zijn kielzog die hem probeert te vangen.
We komen in Louga aan en zien weer de vele schonkige paarden, zoals overal in Senegal die kleine karretjes trekken waar mensen op zitten (taxi) of voor het vervoer van spullen, soms zo volgeladen dat je niet snapt dat de ezel nog vooruit komt.
Hier hebben we een Pizza gegeten en zijn weer terug gereden naar St. Louis.
Onderweg, foto's van bovenstaande tocht
- A
- B
- C
- D
- E
- F
- G
- H
- I
Hier wonen wij als we in St. Louis zijn.
N2 weergeven op een grotere kaart
Wilt u het formulier invullen s.v.p.
Dit is dan het einde.......
Je kunt er aan schudden wat je wilt, maar de zon gaat toch onder.